2012 Body Scan (studies voor Faith Fear Face)
Vanwege Container (2005), ben ik gevraagd voor dit project over mensen die in de containers van vrachtwagens en schepen naar een betere toekomst proberen te vluchten. Met soms desastreuze gevolgen, bijvoorbeeld voor de 58 Chinezen die in 2000 naar Engeland wilden gaan in een Nederlandse koelwagen.
Ik kreeg de beschikking over het politiedossier, dat officiëel aan mij is overgedragen: de rapporten, de foto’s, de video’s, zeer schokkend materiaal. De mensen die tussen kratten met tomaten zaten verborgen, zijn gestikt door een tekort aan zuurstof.
Ik zag de afdrukken van de handen van deze mensen in het dossier. Toen ben ik mijn eigen hand en arm met houtskool gaan afdrukken en toen mijn hele lichaam, met een diaprojector als schijnwerper. Ik ontdekte dat er door mijn houding te herhalen en licht te veranderen, diepte in het beeld ontstond, alsof het om een röntgenbeeld ging. Ook ontdekte ik dat ik mijn lichaam in die afdrukken mannelijk of vrouwelijk kon maken.
Dit afdrukken is extreem zwaar en pijnlijk, je moet door je vlees heen drukken tot het bot op het papier zichtbaar wordt. Maar zo kwam ik dichter bij mijn eigen schaduw, maar vooral dichter bij de schaduwen van die mensen die in die container gestikt waren. Ik kon, omdat mijn huid nog leeft, mij met houtskool afdrukken, iets wat zij niet meer konden. Zo kon ik in de schaduw van het menselijk lichaam kruipen, in de schaduw van de ander. Ik wilde nog dichter bij hen komen dan hun schaduw om ze weer menselijk te maken.
Bij het maken van deze studies voor het grotere project, speelde op de achtergrond De Hel uit Dante Alighieri’s Goddelijke Komedie een grote rol. De beschrijvingen van de lichamen die in de hel verkeren, is zo beeldend, zo bijna filmisch, dat hielp mij om mijn eigen lichaam op die manier te gebruiken. Wanhoop, bewusteloosheid, het creperen van de mens heb ik geprobeerd af te drukken door onnatuurlijke bewegingen in die afdrukken te maken. Een verwrongen drie-dimensionaliteit.
Elke gestalte die je ziet is een herhaling van afdrukken, steeds iets bewogen, telkens enkele millimeters verschillend, waardoor diepte ontstaat. Mijn grootste ontdekking met het afdrukken: in feite druk je het skelet – dat zie je er doorheen, dat maakt het macaber.
Dante’s beschrijvingen hielpen ook om integer met het leed van andere mensen om te gaan – niet uitbeelden, dat is anecdotisch, maar suggereren. Ik wilde op de kijker overbrengen wat ik had gezien op de foto’s en de video in het politiedossier. Het is niet mijn pijn, die je ziet; ik ben een instrument, een abstractie om pijn zichtbaar te maken.